Blog

Hoge Raad geeft heldere regels over toepassing CROW 500 bij graafschade

De woningbouwopgave, de energietransitie, de aanleg van een glasvezelkabelnetwerk. Het zijn allemaal activiteiten waarbij de uitvoering van graafwerkzaamheden onvermijdelijk is, en daarmee (helaas) ook de kans dat schade ontstaat aan kabels en leidingen die in het gebied van de werkzaamheden liggen.[1] Om die ‘graafschade’ te voorkomen rusten op zowel de grondroerder als de netbeheerder zorgplichten. In 2018 bepaalde de Hoge Raad al dat voor de invulling van die zorgplichten in beginsel moet worden aangesloten bij de Richtlijn Zorgvuldig Graafproces (CROW 250).[2] In een recent arrest[3] oordeelt de Hoge Raad dat die rechtsregel ook geldt voor de opvolger van die richtlijn, de Richtlijn zorgvuldig grondroeren van initiatief- tot gebruiksfase (CROW 500) en dat er voor de uitleg van de richtlijn groot belang toekomt aan de bewoordingen daarvan. Daarnaast introduceert de Hoge Raad in dit arrest een zogeheten rechterlijk bewijsvermoeden bij het ‘werken zoals in een risicogebied’. De Hoge Raad geeft hiermee voor de praktijk bruikbare regels.


Bespreking arrest (HR 15 december 2023)

In het najaar van 2017 is er beschoeiing rondom een watergang aangebracht. Daarbij zijn ook graafwerkzaamheden verricht. Op die werkzaamheden was de Richtlijn CROW 500 van toepassing. In december 2017 is er ter plaatse een storing aan het lokale elektriciteitsnet opgetreden. De netbeheerder heeft herstelwerkzaamheden uitgevoerd en vordert in deze civiele procedure veroordeling van de aannemer (‘grondroerder’) tot betaling van de herstelkosten. De aannemer zou bij de uitvoering van de graafwerkzaamheden haar zorgplicht hebben geschonden. In het bijzonder meent de netbeheerder dat de aannemer de middenspanningskabel, zoals zichtbaar op de van de netbeheerder ontvangen ‘KLIC-tekening’, voorafgaand aan de werkzaamheden daadwerkelijk had moeten vinden (‘lokaliseren’). En als dat niet zo zou zijn, dan had er óf met de netbeheerder moeten worden gebeld, óf had er geen schade aan de kabel moeten worden toegebracht.

Zowel de rechtbank als het Hof Arnhem-Leeuwarden wijzen de schadevergoedingsvordering van de netbeheerder af. De Hoge Raad bekrachtigt het oordeel van het Hof. Terecht heeft het Hof bij de invulling van de zorgplicht van de aannemer aansluiting bij de CROW 500 gezocht. Net als de CROW 250 vormt de CROW 500 immers de weerslag van de binnen de beroepsgroep geldende opvattingen omtrent zorgvuldig handelen bij graafwerkzaamheden. Voorts heeft het Hof terecht geoordeeld dat de strekking en functie van de CROW 500 een eenvormige uitleg wenselijk maken. Daardoor komt een groot belang toe aan de bewoordingen van de CROW 500.

Die ‘bewoordingen’ van de CROW 500, beter gezegd het verschil in de bewoordingen tussen de CROW 250 en CROW 500, waren voor de uitkomst van deze procedure doorslaggevend. Anders dan de CROW 250, bevat de CROW 500 namelijk geen resultaatsverplichting om de op de KLIC-tekening van de netbeheerder binnen het zoekgebied aangegeven kabels en leidingen te lokaliseren en de netbeheerder te informeren wanneer deze niet kunnen worden gevonden. Het betoog van de netbeheerder slaagt dus niet.

De CROW 500 laat de grondroerder wél de – alternatieve – keuze om i) verder te zoeken buiten het zoekgebied, ii) te werken zoals in een risicogebied, of iii) in contact met de netbeheerder te treden. In dit geval is gekozen om te werken zoals in een risicogebied. Dat houdt in:

‘3.3.1 (…) De CROW 500 omschrijft het risicogebied als het “gebied nabij een kabel of leiding, waarbinnen de grond niet zonder meer geroerd mag worden”. Binnen het risicogebied is de grondroerder volgens de CROW 500 “verplicht (…) ervoor te zorgen dat de grondroering veilig wordt uitgevoerd zonder schade aan de aanwezige kabels en leidingen” (…)’

De netbeheerder legt deze passage zo uit dat het enkele veroorzaken van schade – ongeacht de oorzaak daarvan – leidt tot aansprakelijkheid van de grondroerder. De Hoge Raad is het daar niet mee eens en onderschrijft de uitleg van het hof: de CROW 500 houdt geen risicoaansprakelijkheid in, ook niet de facto.

De Hoge Raad ziet in de hiervoor geciteerde passage nog aanleiding om een overweging ten overvloede op te nemen (r.o. 3.5). Hij oordeelt dat ingeval er a) in het risicogebied toch schade optreedt aan een kabel of leiding die vooraf was gelokaliseerd of waarvan de theoretische ligging zich in het zoekgebied bevond, waarbij b) vaststaat dat de schade het gevolg is van de werkzaamheden van de grondroerder, wordt vermoed dat de grondroerder onzorgvuldig heeft gewerkt. Hiermee introduceert de Hoge Raad een rechterlijk bewijsvermoeden. Als aan de voorwaarden a) en b) is voldaan, dan wordt vermoed dat de grondroerder onzorgvuldig (en dus onrechtmatig) heeft gehandeld.

Lessen voor de praktijk

·         Voor de invulling van de zorgplichten wordt aangesloten bij de Richtlijn CROW 500. Dat bleek al uit eerdere feitenrechtspraak, maar dit is nu ook expliciet door de Hoge Raad bevestigd.

·         Bij onduidelijkheid over bepalingen van de CROW 500 komt groot gewicht toe aan de tekst daarvan. Dat betekent dat (tekstuele) wijzigingen tussen de CROW 250 en CROW 500 essentieel kunnen zijn voor de uitkomst van een geschil.

·         In deze procedure was – bijvoorbeeld – essentieel dat de lokalisatieplicht onder de CROW 500 een inspanningsverplichting in plaats van een resultaatsverplichting bevat. De CROW 500 houdt (dus) geen risicoaansprakelijkheid in.

·         De Hoge Raad formuleert een overweging ten overvloede: ingeval er in een risicogebied toch schade optreedt aan een kabel of leiding die vooraf was gelokaliseerd of waarvan de theoretische ligging zich in het zoekgebied bevond, en vaststaat dat de schade het gevolg is van de graafwerkzaamheden, dan wordt vermoed dat de grondroerder onzorgvuldig heeft gewerkt. Er wordt een zogeheten ‘rechterlijk bewijsvermoeden’, ten faveure van de netbeheerder, geformuleerd. De grondroerder zal moeten aantonen dat hij niet onzorgvuldig heeft gehandeld, of dat de schade niet door de graafwerkzaamheden is ontstaan.

Meer weten over kabel- en leidingschade, of de zorgplichten van netbeheerders en grondroerders? Neem dan contact met ons op.

---

[1] Zie: www.rdi.nl

[2] HR 25 mei 2018, ECLI:NL:HR:2018:772 (Liander/Paape).

[3] HR 15 december 2023, ECLI:NL:HR:2023:583.